Leerstijlen
Een bekend model dat uitlegt hoe mensen leren, is het vierfasige leermodel van David Kolb. Kolb heeft gesuggereerd dat leerlingen, om het meeste uit het leren te halen, vier verschillende leerfasen moeten doorlopen:
* Een ervaring ondergaan
* Denk erover na – reflectie
* Generaliseren door hun ervaring te relateren aan andere situaties
* Oefenen en testen van nieuwe vaardigheden en ideeën in de praktijk
Samen vormen de vier fasen de leercyclus zoals weergegeven in het volgende diagram:
Kolb’s leercyclus
Elke fase van de leercyclus is gekoppeld aan een bepaalde leerstijl.
De vier leerstijlen zijn Activist, Reflector, Theorist en Pragmatist.
Elke leerstijl die de voorkeur heeft, wordt geassocieerd met een specifieke set kenmerken zoals gedefinieerd door Honey en Mumford.
* Activisten betrekken zich volledig bij nieuwe ervaringen. Ze hebben de neiging om de meeste nadruk te leggen op fase 1: een ervaring hebben. Hun filosofie is: ‘Ik zal alles een keer proberen’. Ze hebben de neiging eerst te handelen en nadien over de gevolgen na te denken. Hun dagen zijn gevuld met activiteit. Ze pakken problemen aan door te brainstormen. Ze hebben de neiging om te gedijen op de uitdaging van nieuwe ervaringen, maar zijn verveeld met implementatie en consolidatie op lange termijn.
* Reflectoren staan graag achter om na te denken en te observeren vanuit veel verschillende perspectieven. Ze zijn meer gericht op fase 2: de ervaring beoordelen. De grondige verzameling en analyse van gegevens over ervaringen en gebeurtenissen is wat telt, dus hebben ze de neiging om het bereiken van definitieve conclusies zo lang mogelijk uit te stellen. Hun filosofie is voorzichtig te zijn. Het zijn attente mensen die graag alle mogelijke invalshoeken en implicaties overwegen voordat ze een zet doen. Ze zijn terughoudend bij vergaderingen en discussies en kijken graag naar andere mensen in actie. Ze luisteren naar anderen en analyseren de discussie voordat ze hun eigen punten maken. Wanneer ze handelen, is het na het overwegen van het bredere plaatje.
* Pragmatisten willen graag ideeën, theorieën en technieken uitproberen om te zien of ze in de praktijk werken. Ze geven de voorkeur aan fase 4: het plannen van de volgende stappen. Zij zijn het type mensen dat terugkeert van cursussen boordevol nieuwe ideeën die ze in de praktijk willen uitproberen. Ze gaan graag met dingen om en handelen snel en vol vertrouwen op ideeën die hen aantrekken. Ze hebben de neiging ongeduldig te zijn en zijn in wezen praktische, nuchtere mensen die graag praktische beslissingen nemen en problemen oplossen. Ze reageren als een uitdaging op problemen en kansen. Hun filosofie is: ‘Er is altijd een betere manier’ en ‘Als het werkt, is het goed’.
* Theoretici passen waarnemingen aan en integreren deze in complexe maar logisch verantwoorde theorieën. Ze werken in fase 3: conclusies trekken uit de ervaring. Ze bedenken problemen stap voor stap, logisch. Het zijn meestal perfectionisten die niet rustig zullen rusten totdat de zaken netjes zijn en passen in een rationeel schema. Ze analyseren graag en houden van principes, theorieën en modellen. Ze stellen vaak vragen als ‘Is het logisch?’, ‘Hoe past dit daarbij?’, ‘Wat zijn de uitgangspunten?’ Ze voelen zich ongemakkelijk bij subjectieve oordelen, lateraal denken en alles wat luchtig is.
De meeste mensen hebben een ‘favoriete leerstijl’, waar ze meer op vertrouwen dan anderen. Daarom is bij het kiezen van een kennisoverdrachtmethodiek de voorkeursleerstijl van de cliënt een andere belangrijke factor waarmee rekening moet worden gehouden.